Door: EITAN BAR (ONE FOR ISRAEL)
Soms lezen we een gedeelte uit een boek dat er voor
zorgt dat we ons iets herinneren van wat we eerder gelezen hebben. Het gedeelte creëert een associatie tussen verschillende verhalen en personages
JOODSE MANIER VAN BIJBELLEZEN
Dat is precies de Joodse manier van Bijbel lezen - het ene verhaal slaat een brug naar het
andere verhaal; ze worden met elkaar in verband gebracht. God heeft het zo ontworpen. Daarom is het goed om aandacht te besteden aan de
parallellen in de Bijbel. Ze zijn daar opzettelijk door Hem neergezet.

Hoogleraar Bijbelstudie, Dr. Yair Zakovitch, legt uit:
"De Bijbelse verteller doet zijn best om de lezer te inspireren en
aandacht te schenken aan de spiegelende associaties tussen de verhalen, vooral
degenen die ver uit elkaar staan qua tijd". [1] Evenzo schrijft Rabbi
Amnon Dov Bazak, van het Herzog College: "Expliciete parallelliteit tussen verschillende
gebeurtenissen is een algemene praktijk/gebruik van het Oude Testament zelf. Heel
vaak zien we dat verschillende personages in het Oude Testament verwijzen naar
een eerdere gebeurtenis om kracht en geldigheid aan hun boodschap toe te
schrijven ". [2] De lezer leert sleutelfiguren te identificeren op basis van personages uit het verleden waarmee hij
al bekend is. Daarom zal een Jood die goed thuis is in de Bijbelverhalen verwachten dat het beeld van de Messias zich weerspiegelt in bestaande Bijbelse
personages. Twee sleutelpersonen die vaak worden gezien als prefiguratie
(voorafschaduwing) van de Messias zijn Jozef en David. Ze dienen niet alleen
als een voorafbeelding, verwijzend naar de komende Messias maar zij daarnaast
ook elkaars echo. Zij resoneren elkaar.
PARALLELLEN
Er zijn veel literaire parallellen te vinden tussen de
verhalen van Jozef en David, die hen in onze gedachten aan elkaar verbinden.
Het is ook interessant om op te merken dat waar de ene faalt, de andere slaagt.
Jozef zwicht bijvoorbeeld niet voor de verleiding die Potifars vrouw hem heeft
voorgelegd (Gen. 39:7), terwijl koning David bezwijkt en overspel pleegt met
Bat-Sheba, de vrouw van Uria de Hethiet (2 Sam. 11: 2-4). Beide personages
ondergingen lijden en afwijzing als voorbereiding op de grootsheid die ze later
bereikten. Inderdaad, beiden doorstonden moeilijke beproevingen die hun
karakter vormden en hen voorbereidden om de heersers te worden die zij werden
(Gen. 37-41; 1 Sam. 17, 2 Sam.11).
ECHO'S
Hieronder enkele van de meest voor de hand liggende
parallellen in de verhalen die taalkundige affiniteiten bevatten tussen de
beschrijving van het leven van Jozef en die van het leven van koning David. Luister naar de echo's in de tekst:
1. De oudere broers van Jozef gaan weg van hun huis, evenals de
broers van David. Jozef en David worden beiden gestuurd om te controleren of
het goed gaat met hun broers.
- Genesis 37:12-14 Eens gingen zijn broers weg om het kleinvee van hun vader te
hoeden bij Sichem. Toen zei Israël tegen Jozef: Weiden je broers het vee niet
bij Sichem? Ga, ik stuur je naar hen toe. Hij zei tegen hem: Zie, hier ben ik.
En hij zei tegen hem: Ga toch en zie de welstand van je broers en de welstand
van de kudde en breng verslag aan mij uit. Zo stuurde hij hem het dal van
Hebron uit, en hij kwam naar Sichem.
- 1 Sam 17:13-22 De drie oudste zonen van Isaï gingen op weg; zij volgden
Saul ten strijde ... En Isaï zei tegen zijn zoon David: Neem toch voor je
broers een efa van dit geroosterd koren en deze tien broden en bezoek je broers
om te zien of het goed met hen gaat. David liet zijn bagage onder de hoede van
de bewaker van de bagage, en hij snelde naar de gevechtslinie. Daar aangekomen,
vroeg hij zijn broers naar hun welstand.
2. Jozef was een van de jongsten in zijn familie,
en David ook. Deze twee jongemannen waren degenen die uit hun broers waren
gekozen voor een geweldige missie om hun natie te dienen en te redden.
- 1 Samuel 16:11,13 Toen zei Samuel tegen Isaï: Zijn dit al de jongens? En hij
zei: De jongste is nog achtergebleven; zie, hij weidt de schapen. Samuel zei
tegen Isaï: Stuur een bode en laat hem halen, want wij zullen niet rond de
tafel gaan zitten, totdat hij hier gekomen is. Toen nam Samuel de oliehoorn en
zalfde hem te midden van zijn broers.
- Genesis 37:2,8 Jozef, zeventien jaar oud – hij was een jonge man ... Toen
zeiden zijn broers tegen hem: Wil je dan soms over ons regeren? Wil je dan soms
over ons heersen?
3. Jozef hoedde de kudde van zijn familie en David ook.
- Genesis 37:2 Jozef, zeventien jaar oud, hoedde gewoonlijk het kleinvee
met zijn broers.
- 1 Samuel 17:15 David keerde telkens
van Saul terug om in Bethlehem de schapen van zijn vader te weiden.
4. Net zoals de broers van Jozef hem met sarcasme en cynisme behandelden, deden ook de broers van David dat.
- Genesis 37:5,18,19 Daarom haatten zij hem nog meer. Nog voor hij in hun
nabijheid gekomen was, beraamden zij een listig plan tegen hem om hem te doden.
Zij zeiden tegen elkaar: Zie, daar komt die meesterdromer aan.
- 1 Samuel 17:28 Toen Eliab, zijn oudste broer, hem tot die mannen hoorde
spreken, ontstak Eliab in woede tegen David en zei: Waarom ben je eigenlijk
gekomen en onder wiens hoede heb je die paar schapen in de woestijn gelaten? Ik
ken je overmoed en de slechtheid van je hart wel, want je bent gekomen om het
vechten te zien.
5. De mantel van vele kleuren in de verhalen van Jozef en David
symboliseert tijden van strijd en zonde, die zowel Jozef als David veel
verdriet hebben bezorgd.
- Genesis 37:23,31 En het gebeurde, toen Jozef bij zijn broers was gekomen, dat
zij Jozef zijn gewaad uittrokken, het veelkleurige gewaad dat hij droeg. Toen
namen zij het gewaad van Jozef, slachtten een geitenbok en dompelden het gewaad
in het bloed.
- 2 Samuel 13:19,21 Toen deed Tamar as op haar hoofd, scheurde het veelkleurige
gewaad dat zij aanhad, legde haar hand op haar hoofd en liep al schreeuwend weg
... Toen koning David al deze dingen hoorde, ontstak hij in hevige woede.
6. Zowel Jozef als David werden door de koning getrouwd.
- Genesis 41:45 De farao gaf Jozef de naam Zafnath Paäneah en gaf hem
Asnath, de dochter van Potifera, een priester uit On, tot vrouw. (Genesis
41:45)
- 1 Samuel 18:27 Toen gaf Saul hem zijn dochter Michal tot vrouw.
7. Jozef was dertig jaar oud toen hij positie en eer ontving en
ook David was dertig jaar toen hij eer en positie onder het volk ontving. [5]
Beide "gingen uit" (יצא) over de mensen, beiden zijn geliefd bij
"Israël".
- Genesis 37:3, 41:45-46 Israël had Jozef meer lief dan al zijn andere zonen ... En
Jozef vertrok en reisde het land Egypte door. En Jozef was dertig jaar oud,
toen hij bij de farao, de koning van Egypte, in dienst trad. Toen ging Jozef
bij de farao weg en trok heel het land Egypte door.
- 1 Samuel 18:13-16, 2 Samuel 5:4 Daarom deed Saul David van zich weggaan, en stelde hij hem
aan tot bevelhebber over duizend, zodat hij voor het volk uit ten strijde trok
en weer terugkeerde. David gedroeg zich verstandig op al zijn wegen, en de
HEERE was met hem. Toen Saul zag dat hij zich heel verstandig gedroeg, was hij
bevreesd voor hem. Maar heel Israël en Juda hielden van David, want hij trok
voor hen uit ten strijde en keerde weer terug. Dertig jaar oud was David toen
hij koning werd; veertig jaar heeft hij geregeerd.
8. De heersers die boven Jozef en David staan , zien allebei
dat God met hen is en dat ze "wijs" zijn. [6]
- Genesis 39:3, 41:38 En toen zijn heer zag dat de HEERE met hem was en dat de
HEERE alles wat hij deed door zijn hand voorspoedig deed verlopen, vond Jozef
genade in zijn ogen. Nu dan, laat de farao naar een verstandige en wijze man
uitzien en die over het land Egypte aanstellen. Daarom zei de farao tegen zijn
dienaren: Zouden wij ooit iemand kunnen vinden als deze man, in wie de Geest
van God is?
- 1 Sam 16:18; 18:12 Zie, ik heb een zoon van Isaï, de Bethlehemiet, gezien die
harp spelen kan; hij is een dappere held, een strijdbare man, en verstandig in
zaken (wijs - נָבוֹן) iemand die knap is van gestalte, en de HEERE is met hem.
Saul was bevreesd voor David, want de HEERE was met hem, en Hij was van Saul
geweken.
9. Zowel Jozef als David worden beschreven als יפֵה מַרְאֶה - knap.
- Genesis 39:6 Jozef nu was mooi van gestalte en knap om te zien.
- 1 Samuel 17:42 Toen de Filistijn opkeek en David zag, verachtte hij hem;
want hij was nog maar een jongen, rossig en knap van uiterlijk.
10. Jozef en David werden beiden geconfronteerd met seksuele
verleiding van een getrouwde vrouw, terwijl zij alleen
waren. Beiden kregen straf vanwege die verleiding. David werd
terecht gestraft omdat hij zondigde, terwijl de straf van Josef onrechtvaardig
was omdat hij onschuldig was (Gen. 39, 2 Sam. 11-12).
- Genesis 39:6-7, 9 Jozef nu was mooi van gestalte en knap om te zien. En het
gebeurde dat de vrouw van zijn heer haar oog op Jozef liet vallen en zei: Slaap
met mij. Maar hij weigerde en zei tegen de vrouw van zijn heer: Hoe zou ik dan
dit grote kwaad kunnen doen en zondigen tegen God?
- 2 Sam. 11: 2, 4, 27 Vanaf het dak zag hij (David) een vrouw die zich aan het
wassen was; deze vrouw nu was heel knap om te zien. Toen stuurde David boden en
liet haar halen. Toen zij bij hem gekomen was, sliep hij met haar – zij had
zich zojuist van haar onreinheid gezuiverd. Daarna keerde zij terug naar haar
huis. Maar wat David gedaan had, was slecht in de ogen van de HEERE.
DE ENIGE TWEE PERSONEN DIE...
Volgens bijbelgeleerde Amnon Bazak zijn Jozef en David de
enige twee Bijbelse personen die ooit werden omschreven als "knap" en
"wijs". [8] Daarnaast zijn zij de enige twee die beschreven worden als
zijnde "dertig jaar oud" en het gebruik van de term "mantel van
vele kleuren" (כתונת-הפסים) is uniek voor deze twee verhalen.
Zoals de personages van Jozef en David naar elkaar verwijzen,
wijzen zij ook naar het de komende Messias.
Er is een oude joodse midrasj geschreven door R Zalman
Baruch Melamed die uitlegt dat zowel Jozef als David voorlopers zijn van de verwachte
Messias:
Jozef is de voorloper die een weg baant. Later wordt
dit zo uitgedrukt: er is een Messias-zoon van Jozef en Messias-zoon
van David. De handelswijze van Messias-zoon van Jozef is onbekend voor zijn
broers. Hij verschijnt buiten de grenzen van hun voorstellingsvermogen en wordt
niet herkend. Het is alsof er geen heiligheid in hem is. ‘Jozef herkende zijn broers, maar zij
herkenden hem niet’ (Genesis 42:8). In het boek Kol HaTor wordt wel gezegd
dat de broers de mate van zijn Messias zijn niet begrijpen, ze (h)erkennen de
heiligheid die in zijn gedrag te vinden niet, ze denken dat dit uitwendige, negatieve
en losstaande gedragingen zijn en onderkennen niet dat er een interne
heiligheid in zit. Iss dit niet de manier waarop zowel Messias-zoon van Jozef
als Jozef zelf werken? Hun innerlijk gevoelens zijn buitengewoon krachtig,
terwijl dat van buitenaf anders lijkt.
Aan de andere kant is er de kracht van de HEERE die alles watMessias-zoon van Jozef deed door zijn hand voorspoedig deed verlopen’ (Genesis
39:3). Hij moet doorgaan en zich door de problemen en misverstanden heen
worstelen. Het is zijn taak om altijd de eerste te zijn, degene die doorbreekt,
een voorloper - maar niet de voleindiger, de voleindiger is Messias-zoon van
David. Ook hier, in het begin, vinden we het concept 'zo vader, zo zoon'. Jozef
is de eerste, hij leidt, hij is de heerser die al zijn broers leidt en
begeleidt ... Jozef moest het geheel van de moeilijke beproeving doorlopen om tot
de vervulling en de openbaring van deze speciale personage te komen; dit
speciale 'Josefisme'.
✡ WEEK 52: HOE JOZEF EN DAVID NAAR DE MESSIAS VERWIJZEN (deel 2)
____________________________________________________________________________
[1] Zakovitch Yair, Through the Looking Glass - Reflection Stories in the Bible . Tel Aviv, Hakibbutz Hameuhad. Uit het Hebreeuws geparafraseerd. (Vrije vertaling)
[2] Amnon Bazak, When Parallels Meet: Linguistic Parallels in the Book of Samuel . Alon Shevut, 2005. P. 7.
[3] Yoma-traktaat in de Misjna wijst op dit verband tussen de verhalen van Jozef en David (Yoma, Dag van de Vergadering, addendums en letters, 251).
[4] Athalya Brenner, nieuwe joodse tijd: Joodse cultuur in een seculier tijdperk - een encyclopedisch gezichtspunt, deel 1: moderne Joodse beschouwing; Geheugen, mythe en geschiedenis; Veranderingen in levensstijl. Lamda-publicatie, Jeruzalem, 2007, p. 179-182.
[5] De auteur van Yoma tractaat in de Mishna wijst op dit specifieke verband tussen David en Jozef. (Yoma, dag van de vergadering, addendums en letters, 251).
[6] Ibid.
[7] Ibid.
[8] Amnon Bazak, When Parallels Meet: Linguistic Parallels in the Book of Samuel. Alon Shevut, 2005. P. 98.
[9] Hebreeuws origineel gevonden op http://www.yeshiva.org.il/midrash/23213
[10] Zakovitch, Y., David - van een herder tot Messias, Yad Izhak Ben Zvi, Jeruzalem, 1995, p. 19; 162-169.